Skip to content

Eten = leven. Toch? De liefde van een man schijnt door de maag te gaan en zonder eten, gaan we uiteindelijk dood. Tenzij je die ene knaap bent die van lucht lijkt te leven. Maar die kent dan waarschijnlijk weer weinig liefde….

Vroegâh
Anyway… vroegâh was dat eten simpel. Je kookte en bakte een maaltijd, ging aan tafel zitten en genoot. Toen kwamen er kinderen. Je weet wel van die kleine monstertjes die de eerste maanden alleen maar lurken aan zo’n speen met of zonder fles. Dat duurt normaal gesproken een aantal maanden en dan mogen ze ook hapjes gaan eten. Fruit, groente en broodkorsten; daar begint het vaak mee. Hilarisch om te zien hoe die bekkies wel (of soms ook gewoon niet) opengaan en proberen om van dat lepeltje te eten. Of hoe die knuistjes dat stukje brood pletten en dan alsnog proberen een stukje ervan in dat mondje te krijgen.

Onbeholpen
Het levert kokhalzende kinderen op, panische moeders, wegdraaiende gezichten, uitspugend eten en meer. Waar die onbeholpenheid in het begin nog wel grappig en schattig is, is dat het na een aantal maanden/jaren niet meer. Die zoutloze potjes of zelf gekookte (en waarschijnlijk ingevroren porties eten) verdwijnen langzaam en ze mogen ‘met de pot mee-eten’. Halleluja! Gewoon eten wat de pot schaft. Gezellig samen aan tafel zitten en samen genieten van de avondmaaltijd. Nou ja, genieten… Je moet die kleine natuurlijk wel een beetje helpen. Ondertussen wordt het eigen eten koud en in een moment van onoplettendheid heeft die uk toch zelf initiatief genomen en de spaghetti, broccoli of yoghurt overal zitten, behalve in de mond! Dat rustig en gezellig samen eten krijgt toch wel een wat andere dimensie met die kleine monsters erbij.

Lust ik niehiehiet!!
Gelukkig worden ze wat ouder, leren ze dat er bestek is om mee te eten, dat het de bedoeling is dat het op het bord blijft of in de mond gaat. Maar ja, die mondjes produceren ook steeds meer verstaanbare geluiden. Het gebrabbel is over en de “Dat lust ik niet, dat wil ik niet, vind ik viehiehies en blèh” vliegen door de keuken. Nog voordat ze aan tafel zitten, is het oordeel vaak al geveld. Het is niet te vreten. Eenmaal aan tafel laten ze dat ook duidelijk merken. Zelfs al ligt er maar één sperzieboon: het is een groen, afgrijselijk, smakeloos ding. Het blijft dus onaangeroerd op dat bord liggen. Wat je ook zegt, doet en vindt.

De voedselstrijd is begonnen! GAME ON! Omkopen, dreigen, zelf laten opscheppen, aan tafel laten zitten, geen toetje, stickers uitdelen; been there, done that…. Het helpt geen drol!

Eten wat de school schaft!
Ik stel voor dat we dit voedingsissue onderdeel laten zijn van ons onderwijssysteem. Dat systeem is hopeloos verouderd en wel toe aan wat vernieuwing. Ik zeg: schoolkantines en warme maaltijden tussen de middag. Net als vroeger, toen we nog op het land werkten en tussen de middag de boerenkool naar binnen werkten om vervolgens weer het land op te gaan. Nu we die continuroosters hebben, is het eenvoudig in te passen in de dag. Samen eten verbindt én zien eten doet eten. Zul je zien dat die spruitjes, bloemkool en sperziebonen er dan wél in gaan. Eten wat de school schaft; ik denk dat het werkt. Ik hoor je denken: ja dûh, wie gaat dat regelen/betalen dan? Nou, wij ouders dragen er financieel in bij (scheelt ons boodschappen, dus geld en dat geld gaat naar school) en we vragen van die thuisblijfmoeders (die schijnen volgens sommigen toch niets te doen) of oma’s, opa’s om te koken. Zo halen we die groep uit de eenzaamheid.

Vette vrijdag
Ik stel wel voor dat we dan wel eens per week of maand een ‘vette vrijdag’ inlassen. Ja, we moeten ze toch een beetje realistisch opvoeden. In de werkomgeving later is er vaak ook zo’n dag. Op die vette vrijdag is er dan tijd voor patat, pizza, pannenkoek; je weet wel de bekende drie p’s. Voor een vrijmibo vind ik het nog te vroeg, maar vette vrijdag kan prima.

Die voedselstrijdbijl kunnen we dan begraven, de kinderen eten gezond, het is weer gezellig aan tafel en we voorkomen eenzaamheid bij die oudjes; ik zeg DOEN! Wie nog meer?

Groeten,
Gaby

GabyIk ben Gaby Drees (1978), moeder van drie geweldige meiden (2006 – 2008 – 2011), vriendin van de leukste kerel en communicatiedeskundige. Geboren en getogen in Oldenzaal (Overijssel), gestudeerd in Groningen en nu woonachtig in een bruisend dorp in Twente. Ik ben eigenwijs, hou van vernieuwing/verandering, maak niet alles af waar ik aan begin en deel graag mijn belevenissen via blogs.
Je kunt mij ook volgen op mijn eigen site: klik hier 

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top